Audi verrast met vreemde 2026-presentatie: 'dit is geen concept, dit is een statement'
In dit artikel:
Audi heeft in München een symbolische voorproef van zijn Formule 1-identiteit getoond: de “R26 Concept”, een showauto die uiterlijk verleden en toekomst combineert en de start van het fabrieksteam moet markeren. De auto, in titanium-grijs, koolstofzwart en nieuw Audi-rood, toont aan de voorzijde invloeden van de recent onthulde Concept C en verwijst aan de achterkant naar het klassieke Auto Union Type C-raceverleden. Audi zegt dat delen van deze livery mogelijk ook op de echte R26 terugkomen; opvallend is dat de vier ringen voor het eerst in rood worden gepresenteerd. Sponsoren als Revolute, BP en Adidas werden echter bewust weggelaten om de merkintroductie centraal te houden.
De presentatie, gehouden in het iconische Central Station van München, was deels designstatement en deels strategische pre-launch: Audi wil zijn merkidentiteit neerzetten voordat Sauber op 1 januari 2026 officieel in Audi’s fabrieksteam verandert. De productie-R26 wordt eind januari onthuld, nog voor de besloten Barcelona-test met de overige teams. De eerste publieke race staat gepland voor de seizoensopener in Australië op 8 maart 2026.
Achter het showstuk zit concreet technisch werk: sinds voorjaar 2022 ontwikkelt Audi in Neuburg een V6-hybride powerunit voor 2026. Complete motor- en versnellingsbakcombinaties draaien al maandenlang op 22 testbanken; de laatste duurtests zijn deze herfst afgerond. De motoren worden in december naar Bahrein verscheept voor de wintertests, en een eerste “fire-up” in een chassis is voor begin december gepland — een belangrijke mijlpaal voor de integratie met het Sauber-chassis. Technisch directeur Stefan Dreer en COO Christian Foyer leiden het motorprogramma; het concept omvat nieuwe MGU-K en MGU-H-systemen met extra focus op energieterugwinning, passend bij de aangescherpte 2026-regels rond elektrificatie en brandstofefficiëntie.
Leiderschap en organisatie zijn recent hersteld en uitgebreid: Jonathan Wheatley leidt sinds april het F1-team, James Key is technisch directeur, en Mattia Binotto nam in mei de algehele leiding over het F1-programma. Audi bouwt een gedistribueerde structuur: chassiswerk blijft in Hinwil (Zwitserland), motorontwikkeling in Neuburg (Duitsland) en een nieuw technologiecentrum in Bicester (VK) moet extra Britse expertise aantrekken zonder dat specialisten hoeven te verhuizen. Audi erkent dat het project ruim achttien maanden achterloopt op het oorspronkelijke schema door vroege interne problemen, maar zet nu stevig in op betrouwbaarheid vóór maximale kracht; een vermogensachterstand bij de start wordt verwacht, krachtontwikkeling volgt later in het seizoen.
Strategisch wil Audi zichtbaarheid, vertrouwen en momentum creëren. Mark Rushbrook, hoofd autosport, benadrukte dat het project niet alleen om racen draait maar ook om technologie die doorwerkt naar productauto’s. Gernot Döllner maakte lichter: “In kilowatt, natuurlijk,” toen hij vroeg hoe men de motorprestatie zal meten. De ambitie blijft hoog: meestrijden om het wereldkampioenschap rond 2030, mits de huidige groeilijn en betrouwbaarheid intact blijven.
De München-presentatie was dus meer dan een designoefening: het was een signaal naar concurrenten dat motoren en infrastructuur operationeel zijn en dat Audi op koers ligt richting zijn F1-debuut.