Dit is de windtunneltijd van de teams tijdens de eerste seizoenshelft van 2026
In dit artikel:
Na de Grand Prix van Abu Dhabi 2025 is de eindstand in het constructeurskampioenschap definitief en daarmee ook de verdeling van windtunneltijd voor de eerste helft van 2026 bekend. De positie in het klassement na drie ATP's (aerodynamische testperiodes, oftewel half seizoen) bepaalt hoeveel van de toegestane windtunnelcapaciteit een team mag gebruiken: hoe beter de plek, hoe minder tijd toegewezen.
Windtunneltijd is cruciaal voor de ontwikkeling van F1-auto’s, zeker nu de technische reglementen chassis, bodywork en powerunits sterk veranderen. Tests gebeuren met schaalmodellen van maximaal 60% van de echte auto. Om kosten te beheersen en een level playing field te houden, gelden strikte limieten per ATP: normaal is dat 320 runs, maximaal 80 uur 'wind on' (windsnelheid >15 m/s) en maximaal 400 uur totaal, waarbij een 'run' telt zodra de windsnelheid boven 5 m/s ligt.
Kampioenen krijgen juist de grootste beperking: de wereldkampioen (McLaren in dit geval) moet zich houden aan 70% van die limieten — dus 224 runs, 56 uur 'wind on' en 280 uur totaal per ATP. Voor elke plaats lager in het constructeursklassement komt daar 5% bij, oplopend tot 115% voor plek tien of nieuwe teams. Daardoor hebben teams als Red Bull, die lager eindigden dan McLaren, meer windtunneltijd beschikbaar.
Kortom: de eindstand in Abu Dhabi bepaalt hoeveel aerodynamische ontwikkelingsruimte elk team heeft in de eerste helft van 2026, een factor die grote invloed kan hebben op wie snel kan inspelen op de ingrijpende reglementwijzigingen.