Verstappen hijst witte vlag in titelstrijd: 'Daar hoeven we het niet meer over te hebben'
In dit artikel:
Max Verstappen kan zijn poging op een vijfde opeenvolgende wereldtitel volgens hemzelf definitief opbergen na de teleurstellende zaterdag in São Paulo. In de sprintrace werd hij vierde (deze werd gewonnen door Lando Norris) en later op de dag strandde hij verrassend vroeg in de kwalificatie: met P16 in Q1 tikte hij voor het eerst sinds Rusland 2021 af in de eerste ronde.
Tegen Nederlandse journalisten zei Verstappen dat de kampioenschapsdiscussie wat hem betreft over is: een korte reeks goede resultaten had bij velen hoop gewekt, maar die bleek achteraf mogelijk misplaatst. Na de Dutch GP liep zijn achterstand op toenmalig leider Oscar Piastri ruim boven de honderd punten; alleen een vrijwel foutloze reeks resultaten daarna had nog uitzicht op terugkeer in de strijd, maar dat is volgens Verstappen niet meer haalbaar.
De oorzaak van de plotselinge performance-dip is onduidelijk, zo gaf hij toe. Het team draaide aan de afstelling van de RB21 tussen sprintrace en kwalificatie om iets te proberen, maar niets hielp: “We moeten proberen te begrijpen waarom het zo slecht is,” aldus Verstappen. Die onzekerheid maakt de teleurstelling extra groot.
Kort samengevat: op één dag verloor Verstappen zowel verwacht puntenwinst als grip op de titelstrijd door een combinatie van tegenvallende snelheid en onverklaarbare set-upproblemen, waardoor hij São Paulo achter zich laat zonder realistische kans op prolongatie.