Villeneuve ziet een duidelijk kantelpunt, maar vreest voor Piastri: 'Dat kan juist verkeerd gaan'
In dit artikel:
Tijdens de Grand Prix van Nederland leek Lando Norris op weg naar zijn tweede zege op rij, maar in de slotfase begaf zijn McLaren MCL39 het, waardoor teamgenoot Oscar Piastri de overwinning pakte. Die uitvalbeurt vergrootte Piastri’s voorsprong in het wereldkampioenschap tot 34 punten; er zijn nog negen races te gaan.
Jacques Villeneuve, wereldkampioen van 1997, waarschuwt dat die DNF een kantelpunt kan zijn in de titelstrijd. Doordat McLaren dit seizoen structureel de snelste auto heeft, eindigen Piastri en Norris vaak allebei hoog — waardoor Norris, zelfs bij overwinningen, moeilijk veel punten kan terugwinnen als Piastri ook scoren blijft. Villeneuve benadrukt dat Norris zich nu geen fouten meer kan veroorloven en dat mechanische pech daarom extra zwaar weegt.
Tegelijk zet Villeneuve vraagtekens bij de moderne betrouwbaarheid van Formule 1-auto’s: met lange periodes van dezelfde motoren zijn outright motorpechgevallen zeldzamer, wat de kans verkleint dat toeval de titelstrijd flink dooreenschudt. Toch wijst hij op circuits als Monza, waar chaotische starts (met een lastige eerste chicane) onvoorspelbare incidenten kunnen veroorzaken — situaties waarin een leidtijd snel kan verdampen.
Verder signaleert Villeneuve een psychologisch risico voor Piastri: een ruime voorsprong kan leiden tot terughoudender racen, terwijl juist agressiviteit eerder goed heeft gewerkt. Over Piastri zelf zegt hij weinig prijs te kunnen geven omdat de Australiër een “pokerface” heeft; hoe hij met de leiding omgaat, blijft onduidelijk. Kortom: technisch falen bij Norris en de strategische druk op Piastri maken de resterende races onvoorspelbaar.