Zo verliep het absolute rampseizoen van Hamilton bij het team van Ferrari
In dit artikel:
Lewis Hamilton beleefde een teleurstellend eerste seizoen bij Ferrari nadat hij na jaren bij Mercedes de overstap naar de Italiaanse renstal maakte. Zijn komst naar Maranello werd met veel bombarie aangekondigd en trok veel aandacht van Tifosi en media, maar op het circuit bleek de SF-25 vaak niet de gehoopte match voor de zevenvoudig wereldkampioen.
De problemen begonnen al tijdens de tests: Hamilton gaf aan zich in een frisse, motiverende omgeving te bevinden, maar dat de auto nog niet samenwerkte. Zijn debuut in Australië eindigde in een zesde plaats en hij meldde gebrek aan vertrouwen en stabiliteitsproblemen. In China leek er even herstel: Hamilton pakte sprintpole en won de sprintrace, maar hij en Charles Leclerc werden later gediskwalificeerd vanwege een te dunne plank onder de wagen.
Het seizoen wisselde korte opstekers met veel teleurstellingen af. In Japan en Bahrein waren er redelijke prestaties (onder meer een vijfde plek in Bahrein), maar vaak kon Hamilton zijn kwalificatieposities niet omzetten in gevechten voor de overwinning. In Saoedi-Arabië, Miami en Spanje sprak hij zichtbaar frustratie uit over de afstemming en het gebrek aan grip, waarbij enkele weekenden voor hem zelfs tot de slechtste uit zijn loopbaan behoorden. Imola gaf hem kort optimisme toen balans en remgevoel leken te verbeteren, maar andere circuits, zoals Monaco (verstoord door een gridstraf) en Barcelona, resulteerden weer in teleurstelling.
Belangrijke incidenten: in België kwam Hamilton niet door Q1 en moest hij uit de pits starten; in Zandvoort crashte hij en viel uit; in Monza had hij weliswaar veel steun van de fans, maar weinig spektakel op de baan. Tussen de races in Azerbeidzjan en Singapore kreeg hij ook persoonlijk verdriet te verwerken toen zijn hond Roscoe overleed.
Intern en extern nam de druk toe. Critici, waaronder oud-technisch directeur Gary Anderson en Ferrari-topman John Elkann, wezen op teleurstellende resultaten en de noodzaak om meer te presteren. Hamilton reageerde erop door zijn steun aan het team te uiten en te benadrukken dat hij niet zal opgeven. Tegen het einde van het jaar worstelde hij steeds vaker al in Q1 met de kwalificaties en sprak hij zelfs openlijk over het verlangen naar rust weg van de constante media-activiteiten.
Uiteindelijk blijft Hamilton bij Ferrari: hij rijdt ook in 2026 voor het team, wanneer de nieuwe technische reglementen ingaan — een seizoen dat volgens sommige waarnemers, zoals Valtteri Bottas, kansen kan bieden voor herstel en betere resultaten. Het afgelopen jaar toonde vooral hoe lastig de omschakeling naar een andere auto en teamcultuur kan zijn, en dat zelfs de meest succesvolle coureurs tijd en een goede auto nodig hebben om op het hoogste niveau terug te keren.